Rene de Lange: Muzikale loopbaan
1952-1967
Geboren in 1952.
Muzikaal is er tot mijn 7e jaar niet veel te vertellen, behalve dat ik als peuter regelmatig boven op de piano klom. Maar rond mijn 7e mocht ik pianoles proberen. Iets langer dan een half jaar duurde dat. Toen was het kennelijk nog niet mijn ding om muzikaal op pad te gaan. Blokfluitles op school, zangles op de lagere school, de leraar op een soort blaasorgeltje… U kent het wel. Op de piano thuis werd nog wel eens wat aangeslagen, maar kon geen echte naam hebben. Lekker galmen in het kerkkoor, in mijn lagere schooltijd heb ik dat ook een paar jaar gedaan.
1967-1968
Toen……. ik was 15 jaar, lag daar ineens een houten instrument naast een vuilnisbak ergens in de buurt waar ik woonde. Het had de vorm van een gitaar, geen snaren erop, wat scheuren erin, kapot mechaniek, maar toch: een gitaar. Dus snaren gekocht, nieuw stemmechaniek erop en uitproberen. Om gitaar te leren spelen ging je een singeltje afspelen (die had je vroeger, ze waren zwart en rond en je legde ze op de platendraaier/pick-up), naald erop, 2 klanken horen, naald eraf, kratscchhh… en proberen of je dat kon naspelen. Maria Elena van Los Indios Tabajaros was mijn eerste oefenplaatje. Of bijvoorbeeld The Beatles- A Hard Day’s Night, want het beginakkoord leek erop dat alle snaren (open) gelijk werden aangeslagen, en dat is makkelijk. Ook een lesboek (nog steeds in mijn bezit): “De Nieuwe Gitaarschool” van Joh.B.Kok gebruikte ik. Tja… Dat is lang geleden. In mijn klas (het moet de 3e van de middelbare school zijn geweest, dus +/-1967) zat Arne Baruch die mij vroeg of ik mee wilde spelen. De band heette “Magic McDuff”. Arne speelde basgitaar samen met Hans Alink op drums en om het wat completer te maken was er wel behoefte aan een gitarist. Dus zuignap-elementje op de gitaar (vreselijk geluid), ontdeed de buizen radio van thuis van zijn houten omhulsel zodat het gehele frame open lag (kreeg regelmatig elektrische schokken bij het aansluiten op 220V) en het geheel kon dus zó getransporteerd worden achter op de fiets. Ik versterkte mijn gitaar via de pick-up ingang. Als luidspreker een gescheurde luidspreker (zelf maar geplakt met vloeitjes erop) en daar ging het dan. Arne op de bas, Hans op trommel, bekkentje en als basdrum een kartonnen schoendoos, wel met voetpedaal en ik op de gitaar. Maar ja nu de nummers!! Vanwege dat slechte geluid van mijn gitaar kocht ik iets later een inklem-element in de gitaaropening (Fl. 19,95: een heel bedrag), duurder dan het zuignap-elementje, maar wel iets beter geluid, tenminste eerst werkte het helemaal niet en bleek dat je voor zo’n element metalen snaren nodig had. Dus nylon vervangen door stalen snaren, wist ik veel dat je op een spaanse gitaar alleen nylon kon gebruiken. En inderdaad het werkte nu, maar na een beperkte periode ging het spelen wel moeilijker, gitaar leek wel pijl en boog, de hals werd zo krom als een hoepel. Maar we gingen gewoon stug door. Arne verliet na niet al te lang de band. Maar toen kwam er opeens ons eerste optreden (1968) voor de stafleden van “Licht en Lucht” op de hei bij Laren. Hans en ik vroegen rond ons heen naar speelbare nummers. Zo leerden we bijv. van Carlo Huffener “Gloria” van Them en “House of the Rising Sun” van de “The Animals” spelen, maar niet gek veel meer), tot ik aan mijn oude lagere school klasgenootjes dacht: de twee broers Rooze (Kees en Frank). Hier leerden we meer van, maar de tijd was te kort om een echt goed repertoire te maken voor een avond muziek en wij kwamen op het idee om nog meer vrienden als muzikant uit te nodigen, zodat we dat optreden met misschien wel 9 man op het podium stonden, waarvan ik het merendeel overigens playbackte.
1968-1979
Jumping Blues Explosion.
Kees en Frank sloten zich daarna bij ons aan en het bandje ging in 1968 heten “Jumping Blues Explosion”.
Ik ging basgitaar spelen, Kees en Frank gitaar, Hans drums en verder was er ook zangeres Willie, een vriendin van Frank. Inmiddels werd ook voluit muziek gespeeld in de band bij het jongerenkoor van het St. Nicolaas Lyceum- Amsterdam en bij de Efdjies (indertijd domicilie Betondorp Amsterdam, later Abcoude). Bij deze koren heb ik veel techniek opgestoken, elke week waren er immers weer nieuwe liederen die van muziek moesten worden voorzien. Na enkele jaren vol plezier met Hans, Kees, Frank en Willie in “Jumping Blues Explosion” muziek te hebben gemaakt gingen Hans en ik in 1970 een nieuwe muzikale richting uit.
Dead Trail
Het werd nu meer blues en blues-rock. De band ging heten “Dead Trail” en bestond uit Hans (drums), René (basgitaar), Harry Trompert (zang en gitaar) en Peter Huijing (gitaar). Deze formatie was voornamelijk gestoeld op de heftig solerende Peter Huijing, met vrije baspartijen van René, stevig ritme van Hans en mooie bluesy stem van Harry. Rond 1972 verliet ik “Dead Trail” die samen werd gevoegd met o.m. Kees en Frank en “Heavy Heart” ging heten.
Cyberlab
Ik begon na een korte pauze samen met Paul Sterk(gitaar/sax), Han1((vd Erve) (Keyboards), Jerry (zang), Peter Leek (drums) en mijzelf op de basgitaar de band “Cyberlab”. Na enige tijd wisselden Han1 voor Han2 (Han Wouda). Een heftige symfonische rock groep met veel eigen nummers. Deze band werd opgeheven in 1978. Ik heb in de navolgende jaren nog wel kortstondig bij een andere formatie gezeten, met heel veel potentie, helaas ook veel tegenstrijdend ego van 2 leden, jammer, want het waren fantastische muzikanten. Daarnaast ook een jaar bassist geweest bij “American Repertory Theatre” in een musical.
STAGE: 1979 – heden.
In 1979/1980 begon ik weer met onze oude vrienden in de band “Stage”. Deze formatie was de reeds bestaande band van Kees en Frank (beiden gitaar), Willie (bas en gitaar), Kootje (sax) en Kees Spaargaren (drums). Kootje en Willie verlieten de band en Paul Sterk en ik kwamen daarvoor in plaats, niet al te lang daarna gevolgd door Karin Ruisch (mijn lieftallige vrouw) en Ingrid Rooze (Kees Rooze’s vrouw). Paul verliet na niet al te lang de band (“Stage” was niet echt zijn muzikale richting) en ook Ingrid vertrok, maar Laurie Sterk kwam naast Karin de zangpartijen weer versterken.
De formatie op dat moment was dus Kees en Frank Rooze (gitaren/zang), René (basgitaar), Kees Spaargaren (drums), Laurie en Karin (zang). In 1986 stapten Karin en Laurie uit de band en kwamen Ilse Janssen “Stage” als zangeres en even later ook Cas Willemsen als Saxofonist versterken.
Stage 1986- Kees R.-Ilse- Rene- Frank- Kees S.
Stage met Ilse en Cas-2017
In 2011 was ik wel toe aan een grotere uitdaging en ging akoestisch gitaar spelen. Hiervoor begonnen we naast “Stage” ook “Stage Acoustisch” met een geheel ander repertoire dan “Stage Electric”. Stage Acoustisch is een formatie met 3 man acoustisch gitaar/zang (Kees R., Frank, Rene) en 1 zangeres (Ilse). In beide richtingen van Stage speel ik overigens nog steeds met plezier.
GoldCase: 2015 – heden.
Het 6-snarig gitaarspelen bevalt mij overigens zeer goed en ik was erg vereerd dat mijn oude vriend Hans Alink mij in april 2015 vroeg om samen met hem en Anco Straatman een 3-mans acoustische groep te vormen: De band “GoldCase”. Ik voel mij tussen mijn mede muzikanten als in een warm bad en er worden prachtige klanken ter berde gebracht.
DEAD TRAIL (reprise) 2017 – heden.
Op mijn 65ste feestje in 2017 heb ik ook leden (Harry en Peter) van het vroegere (1970) band DEAD TRAIL uitgenodigd. En na 50 jaar niet met elkaar te hebben gespeeld, is ook daar ook (in die oude samenstelling van Hans, Peter, harry en ik) weer een blijvende en zeer energieke vonk in gesprongen. Oude Blues-Rock muziek. Het verdwijnt dus nooit uit je genen.
Mijn instrumentarium:
Martin JDPII: 6 sn. jumbo gitaar (signature van Diane Ponzio), ingebouwd Fishman Matrix Infinity element; 6 sn. Taylor 314CE; LAG 4-Seasons Autumn (6 sn. Nylon); Gretsch Streamliner hollow body semi-electrische gitaar; KALA U-Bass (4-sn. Ukelele Bass met element); 4-sn. Fender Precision Bass. Voor de acoustische Martin is nog een Fishman Aura pedaal in de keten opgenomen als er versterkt gespeeld moet worden, dit voor het matchen van de werkelijke akoestische klank. Versterking (indien nodig): Schertler David de Luxe, combo akoestische versterker; Roland D500 combo basversterker. Effect met onder meer loopers/vocal harmony: de TC Helicon VoiceLive3 Extreme. Overige instrumenten: Gewone Ukelele, Viool, Clarinet, Cornet en Bes Bas-Tuba en BoomWhackers (lange PVC pijpen van verschillende lengte). Niet alle instrumenten zijn overigens per sé in gebruik bij GoldCase.
Mijn andere werkzame leven.
Naast deze muzikale loopbaan heb ik ook werkzaam leven gehad. In 1974 begonnen als bedrijfsleider van een muziekwinkel in Amsterdam en hierna (in 1977) mijn eigen bedrijf: een groothandel in professionele geluidsapparatuur voor bands, auditoria en theater en tevens als fabrikant van professionele luidsprekerboxen. Het motto was altijd een fantastisch geluid te scheppen. Het maakte niet uit of dit nu was voor theaterzalen met spraak- en muziekinstallaties of dat dat bijv. voor de bandrichting was. Beide richtingen werden op topniveau bediend. Omdat elektrische versterking goed moest functioneren in heersende akoestiek van zalen ben ik vanaf 2004 gespecialiseerd in Akoestiek en Elektro-Akoestiek en gestopt met de commerciële (handels-)richtingen. Mijn uitdagingen heden ten dage liggen op het vlak van: Akoestiek in Theaterzalen, Collegezalen en Studio’s. Hiernaast ben ik gespecialiseerd in DSP ontwerpen voor AudioVisuele installaties.
In 2018 ben ik langzaamaan gaan persioneren.
Slotwoordje
Als U tot hier bent gekomen heb ik zwaar ontzag voor Uw geduld. U zult echter begrijpen dat de grote lijn uit het bovenstaande verhaal is dat muziek en mooi geluid mijn echte passies zijn, waar ik zoveel mogelijk mensen mee hoop te verblijden.